Bron:

| 10630 x gelezen



Michael VanElzakker

© Tufts University

Michael VanElzakker, een onderzoeker verbonden aan het PTSS neuroimaging laboratorium van de Tufts University evenals aan het Massachusetss General Hospital afdeling Psychiatric Neuroscience, heeft een nieuwe hypothese gepubliceerd over de mogelijk etiologie van  chronisch vermoeidheidssyndroom (ME/CVS). In de paper die gepubliceerd werd in Medical Hypotheses, suggereert VanElzakker dat ME/CVS mogelijk het resultaat is van een pathologische infectie van de nervus vagus (hersenzenuw). Hoewel VanElzakker stelt dat ieder neurotroop virus of bacterie ME/CVS kan triggeren, staat HHV-6 aan de top van zijn lijst.

ME/CVS onderzoekers zijn al jaren op zoek in het plasma en de bloedcellen naar een pathogeen agens dat de talloze symptomen veroorzaakt die patiënten met deze aandoening ervaren. Maar volgens VanElzakker zijn zij mogelijk in de verkeerde plaats (plasma) op zoek en moeten ze zoeken in de weefsels van het perifere en centrale zenuwstelsel. Tijdens de infectie, stuurt de sensorische nervus vagus (hersenzenuw) een signaal naar de hersenen om zogenaamd “sickness behavior” (ziektegedrag) te initiëren, een onvrijwillige reactie die gekenmerkt wordt door vermoeidheid, koorts, spierpijn, depressie, en andere symptomen die vaak waargenomen worden bij CVS. VanElzakker stelt echter dat wanneer de sensorische vagale ganglia of paraganglia zelf geïnfecteerd worden met een virus of bacterie, deze symptomen verergeren. Hij merkt op dat veel van de symptomen van sickness behavior (zoals vermoeidheid, slaapveranderingen, spierpijn, cognitieve stoornissen, depressie en zinktekort) gemedieerd worden door pro-inflammatoire cytokines en worden waargenomen bij ME/CVS.

Herpesvirussen en bepaalde intracellulaire bacteriën verblijven latent in de nervus vagus en reactiveren tijdens periodes van stress of ziekte, wat de vrijgave van pro-inflammatoire cytokines veroorzaakt. HHV-6 is een sterk neurotroop virus en een krachtige inductor van cytokines zoals IL-6 en NFkB, wat vele groepen als een etiologische theorie voorgesteld hebben voor de rol van HHV-6 in neurologische aandoeningen zoals beroertes en epilepsie. Als deze laaggradige “chronische” infectie gelokaliseerd is in de nervus vagus zou het niet detecteerbaar zijn in het plasma, maar kan het wel aangetoond worden door het analyseren van weefsel biopten van de nervus vagus, stelt VanElzakker.

HHV-6 is bekend om het binnendringen in de hippocampus en andere delen van het limbisch systeem, en nestelt zich ook in de menselijke sensorische ganglia tezamen met andere neurotrope herpesvirussen waaronder HSV-1 en VZV (Hufner 2007).

Om deze hypothese te testen, suggereert VanElzakker dat er biopsiestalen van de nervus vagus gevraagd moeten worden van ME/CVS-patiënten die vroegtijdig gestorven zijn door andere oorzaken. Bovendien stelt hij dat radiogelabelde antilichamen doeltreffend ontworpen en gebruikt kunnen worden om deze CZS-gelokaliseerde infecties op te sporen. Radioactief gelabelde antilichamen worden momenteel gebruikt in domeinen zoals tumor beeldvorming, waar ze kunnen helpen bij het lokaliseren van clusters van een specifiek virus in vivo.

Potentiële therapeutische opties zijn volgens VanElzakker virus-specifieke antivirale behandelingen, gliacel remmers zoals Ibudilast (wordt in Japan gebruikt voor astma en beroertes) en nervus vagus stimulatie. Nervus vagus stimulatie wordt momenteel gebruikt voor epilepsie die niet reageert op medicatie, een aandoening die geassocieerd is met reactivatie van HHV-6B.

VanElzakker wijst erop dat een mogelijk probleem met antiviralen is dat deze geneesmiddelen niet doeltreffend zijn binnen de immuungepriviligeerde gebieden zoals de vagale paraganglia. Ook zou een eventuele antivirale therapie breedspectrum moeten zijn aangezien de diagnose van de specifieke ziekteverwekker(s) uitdagend is. Een antiviraal zoals valaciclovir (Zelitrex ®) bijvoorbeeld werkt goed tegen HSV-1 maar heeft een beperkt of geen effect op CMV of HHV-6. Twee infectieziekten specialisten, José Montoya en Martin Lerner, hebben eerdere studies gepubliceerd waarin gesteld wordt dat valganciclovir (Valcyte ®) mogelijk doeltreffend is voor een subgroep van ME/cvs-patiënten die sluimerende laaggradige infecties van HHV-6, EBV en CMV hebben. Zowel Montoya als Lerner hebben aangetoond dat langdurige behandeling (> 6 maanden) groter succes biedt dan kortdurende antivirale therapie (Zie HHV-6 en ME/CVS). Ampligen, een geneesmiddel dat klinische beoordeling ondergaan heeft voor gebruik bij ME/CVS-patiënten, heeft ook antivirale eigenschappen. Interessant is dat Ibudilast een fosfodiësterase remmer is en verschillende geneesmiddelen in deze farmaceutische klasse hebben aangetoond CMV replicatie te kunnen remmen.

Terwijl er nog veel onbekend is over de infectieuze etiologie van ME/CVS, biedt de “nervus vagus hypothese” van VanElzakker een toetsbare theorie voor onderzoekers, diermodellen en specifieke diagnostische en behandelstrategieën bij het maken van een stap voorwaarts.

Voor meer informatie, lees de volledige paper en bezoek de webpagina van de HHV-6 Foundation over HHV-6 en ME/CVS


Chronic fatigue syndrome from vagus nerve infection: A psychoneuroimmunological hypothesis

Michael B. VanElzakker

Medical Hypotheses. Available online 18 June 2013.In Press, Corrected Proof

http://dx.doi.org/10.1016/j.mehy.2013.05.034

Abstract 

Chronic fatigue syndrome (CFS) is an often-debilitating condition of unknown origin. There is a general consensus among CFS researchers that the symptoms seem to reflect an ongoing immune response, perhaps due to viral infection. Thus, most CFS research has focused upon trying to uncover that putative immune system dysfunction or specific pathogenic agent. However, no single causative agent has been found. In this speculative article, I describe a new hypothesis for the etiology of CFS: infection of the vagus nerve. When immune cells of otherwise healthy individuals detect any peripheral infection, they release proinflammatory cytokines. Chemoreceptors of the sensory vagus nerve detect these localized proinflammatory cytokines, and send a signal to the brain to initiate sickness behavior. Sickness behavior is an involuntary response that includes fatigue, fever, myalgia, depression, and other symptoms that overlap with CFS. The vagus nerve infection hypothesis of CFS contends that CFS symptoms are a pathologically exaggerated version of normal sickness behavior that can occur when sensory vagal ganglia or paraganglia are themselves infected with any virus or bacteria. Drawing upon relevant findings from the neuropathic pain literature, I explain how pathogen-activated glial cells can bombard the sensory vagus nerve with proinflammatory cytokines and other neuroexcitatory substances, initiating an exaggerated and intractable sickness behavior signal. According to this hypothesis, any pathogenic infection of the vagus nerve can cause CFS, which resolves the ongoing controversy about finding a single pathogen. The vagus nerve infection hypothesis offers testable hypotheses for researchers, animal models, and specific treatment strategies.

Michael B. VanElzakker, Chronic fatigue syndrome from vagus nerve infection: A psychoneuroimmunological hypothesis, Medical Hypotheses, Available online 18 June 2013, ISSN 0306-9877, http://dx.doi.org/10.1016/j.mehy.2013.05.034. http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0306987713002752   

[PDF] Dank aan VanElzakker om zijn paper (in press) vrij beschikbaar te stellen

Vertaling van de studie met verduidelijking:

http://mecvswetenschap.wordpress.com/2013/07/21/nervus-vagus-infektie-hypothese-voor-cvs/

Verwante studies:

© Vertaling poppetje & zuiderzon, ME-gids.net

2 reacties

Geef een reactie

Zijbalk

Volg ons
ma
di
wo
do
vr
za
zo
m
d
w
d
v
z
z
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
1
2
3
4
Recente Links