“ME/CVS-patiënten slecht behandeld in de reguliere geneeskunde”
Medium is het patiëntenblad van de ME/CVS-Stichting Nederland. Het nieuwe nummer besteedt aandacht aan het thema ‘ME/CVS en omgeving”. Centraal staan de ervaringen van patiënten. Hoe reageert je partner, de familie of de collega op het werk? Maar we gaan bijvoorbeeld ook nader in op de relatie ‘arts-patiënt’. Als voorproefje een interview met huisarts Paul Van Dijk uit Zaltbommel. Hij is tevens de auteur van het boek ‘Geneeswijzen in Nederland’, sinds dertig jaar het handboek over alternatieve behandelwijzen.
Paul van Dijk is regulier huisarts in Zaltbommel. Hij is dé expert in Nederland op het gebied van alternatieve geneeswijzen en hij geeft les aan aankomende huisartsen in Utrecht, Amsterdam en Nijmegen.
U geeft gastcolleges aan huisartsen en medisch studenten in Utrecht, Amsterdam en Nijmegen. Waar gaan die colleges over?
,,Wat aan de orde komt is dat er meer is aan gezondheidsconsumptie dan de reguliere consumptie in Nederland. En ook bijvoorbeeld wie daar gebruik van maakt. Waarom men er gebruik van maakt. Wat voor onderzoek ernaar gedaan is. Hoe je daar straks als dokter mee te maken krijgt. Als aankomend arts moet je voor jezelf nagaan hoe je ermee om wilt gaan. Of je erover tekeer wilt gaan of dat je er over in discussie wilt. Zelf pleit ik ervoor dat je het gesprek aangaat met je patiënten en dat je er als huisarts wel degelijk een rol in hebt. Zonder dat je daarmee een propagandist wordt van alternatieve geneeswijzen overigens.’’
U heeft eens gezegd dat honderd procent van de mensen met chronische vermoeidheidsklachten het alternatieve circuit in gaat. Hoe komt u daarbij?
,, Dat bleek in een onderzoek van de Consumentenbond in 2003. Daarin werd aangetoond dat 98 procent van de mensen met ME/CVS gebruikmaakt van alternatieve geneeswijzen.’’
Wat zegt dat over de reguliere geneeskunde?
,, Het heeft er alles mee te maken dat mensen slecht behandeld worden in de reguliere geneeskunde. Er wordt slecht met hen omgegaan, omdat artsen niet goed weten wat ze met het ziektebeeld aanmoeten en dan gaan ze rare dingen zeggen. Dat mensen zich aanstellen of dat het psychisch is. Dat mensen uit zijn op ziektewinst. Die arts heeft er geen oplossing voor en eigenlijk zou hij dat moeten zeggen: ik weet het niet en ik heb niks voor je. Vervolgens is er in het alternatieve circuit wel tijd, men luistert en geeft aandacht aan het probleem. Dat is in het algemeen een van de belangrijkste dingen bij mensen die zich ziek voelen. Dat kan genezend werken en het geeft je in ieder geval het gevoel dat er respect is voor je probleem. Of er nou zoveel te halen valt is natuurlijk de volgende vraag.’’
INFOBLOK 1: Geneeswijzen in Nederland
Paul van Dijk is de auteur van het boek Geneeswijzen in Nederland; compendium van alternatieve geneeswijzen. Het is hét handboek over wat er te koop is in Nederland op het gebied van alternatieve behandelwijzen. Veel informatie, ook over onderzoek dat inmiddels verricht is, adressen van behandelaars, opleidingen en organisaties. Vorig jaar beleefde het zijn negende druk.
En als een ME/CVS-patiënt de spreekkamer van dr. Van Dijk binnen wandelt?
,,Ik heb ook geen oplossing paraat, maar we gaan samen bekijken wat er is in het reguliere circuit. En eventueel vervolgens in het alternatieve circuit, als de patiënt dat wil. Als mensen daar echt bepaalde ideeën over hebben of bepaalde voorstellen over hebben, dan ga ik het mee bekijken en het bespreken. En soms neem ik ook wel contact op met behandelaars om te informeren wat men nou precies doet. Bij sommige vormen of behandelaars zal ik wel zeggen: daar heb ik mijn twijfels over. Er zijn vreemde figuren en dubieuze praktijken bij. Maar als je met deze aandoeningen te maken hebt, moet je ook kritisch kijken naar het reguliere veld want daar gebeuren ook rare dingen.’’
Maar het is toch zo dat het gros van de artsen negatief aankijkt tegen het alternatieve circuit?
,,Bij huisartsen is dat minder het geval dan bij specialisten. Er is trouwens ook onderzoek naar gedaan. Huisartsen zien meestal nog wel wat in acupunctuur en manuele therapie. Soms nog wat in homeopathie, maar weinig in natuurgeneeskunde. En van orthomoleculaire geneeskunde weten de meesten, denk ik, niet wat het inhoudt. Die negatieve houding tegenover alternatieve genezers verandert momenteel trouwens heel sterk. Dat merk ik met name aan de reacties van studenten aan de universiteit. Medische studenten en huisartsen in opleiding denken veel genuanceerder over dit onderwerp dan mensen van mijn generatie. Zij hebben niet het vooringenomen standpunt dat het allemaal onzin is en willen erover in gesprek gaan met hun patiënten. Maar je kunt de alternatieve geneeswijzen niet op één hoop gooien. Ik onderscheid vierhonderd stromingen in mijn boek en er is een geweldig verschil in opvattingen en ideeën.’’
‘Geneeswijzen in Nederland’ verscheen dertig jaar geleden. Een nieuwe druk kost u iedere keer een halfjaar werk naast uw taak als huisarts. Waarom doet u al die moeite?
Het is erg leuk om van een bepaald onderwerp het meeste te weten. Er zijn bijna geen mensen in Nederland die dat hele terrein kunnen overzien. Verder is het wel lastig, bijvoorbeeld met zo’n Kackadorisprijs. Je krijgt toch de naam dat je een alternatieve genezer bent terwijl ik dat niet ben en ook nooit ben geweest. Ik schrijf een objectief boek en vervolgens word ik daar op afgerekend. Iets vergelijkbaars zie je in de wetenschappelijke wereld. Ik wil geen hoogleraar worden, maar stel dat ik dat wel zou willen, dan werkt het tegen je als je je met een dergelijk onderwerp bezighoudt. Dat is mij indertijd ook al gezegd. Er wordt in Nederland slechts mondjesmaat onderzoek gedaan naar alternatieve geneeswijzen. Dat heeft daar alles mee te maken.’’
Een oordeel geeft Van Dijk naar eigen zeggen niet in het boek. Het gaat hem om objectieve informatie. Toch kreeg hij in 2004 de ‘Meester Kackadorisprijs’ van de Vereniging tegen de Kwakzalverij. Een uitverkiezing waar hij niet blij mee was omdat hij zo in een hoek geduwd werd waar hij zich niet thuis voelt. ,,Je wordt afgeschilderd als een propagandist, wat ik niet ben. Ik vind gewoon dat er informatie moet zijn waar mensen een keuze uit kunnen maken. Mensen uit de gezondheidszorg maar ook patiënten.’’
Erkenning van zijn deskundigheid is er echter ook. Zo geeft hij les over alternatieve geneeswijzen aan medisch studenten en aankomende huisartsen. Al tien jaar in Utrecht en sinds enkele jaren ook in Nijmegen en in Amsterdam. Bovendien gebruikt zelfs de overheid zijn boek als informatiebron. De Consumentenbond en het Nivel hebben indertijd subsidie gekregen van minister Borst voor onderzoek naar het alternatieve circuit. Voorwaarde was wel dat ze hun informatie door moesten spelen aan Paul van Dijk omdat de overheid maakte dertig jaar gebruik maakte van de door hem verzamelde informatie.
INFOBLOK 2: Enkele feiten op een rijtje:
- In Nederland zijn 7.000 huisarts tegen 24.000 alternatieve genezers. 22.000 zijn aangesloten bij een beroepsorganisatie, 3.000 zijn niet georganiseerd.
- Jaarlijks gaan 2,3 miljoen Nederlanders (15,7%) naar een alternatieve genezer; in totaal zijn dat 14,1 miljoen contacten (25% van de huisartsconsumptie).
- Het gaat hierbij vaker om vrouwen dan om mannen, vooral mensen in de leeftijdscategorie van 30 tot 60 jaar, meer om hoog opgeleiden dan om lager opgeleiden, en in het verleden ook meer particulier verzekerden dan ziekenfonds verzekerden.
- Vergeleken met andere landen is de consumptie van alternatieve geneeswijzen niet groot. Zo ligt het percentage in Duitsland op 65%, in Frankrijk op 50% en in de Verenigde Staten op 46%.